Vakantie Chios en Losbos van 1 mei – 16 mei 2006

1 en 2 mei 2006, Schiphol

Het is maandagavond elf uur als buurman Henk ons ophaalt om ons naar het station te brengen. We waren van plan om met de bus te gaan maar Henk bood ons deze dienst graag aan.
Ons appartement op Chios De reis verloopt spoedig en om kwart voor één ’s nachts zijn we al op Schiphol, nu begint het lange wachten, eerst wachten tot drie uur, dan inchecken, dan wachten tot vijf uur voor het instappen… zo gaat dat, alles in het belang van de veiligheid.
Schiphol is ’s nachts geen feest, er zijn weinig mensen, er zijn weinig restaurants en bars open en ook de winkeltjes zijn dicht, logisch maar het is wel saai. Toch is er teveel lawaai om weg te dutten. Bij de veiligheidscontrole worden we beide – tot grote boosheid van Emmie – van top tot teen onderzocht, de schoenen moeten uit en er wordt zelfs in je onderbroek gezocht naar bommen en granaten &;@$!# !!! . Zelfs onze tickets worden gescand en blijken daarna verdwenen te zijn. Na vijf minuten zoeken komen ze weer tevoorschijn uit een bakje dat als leeg was weggezet. Eindelijk is het vijf uur en kunnen we instappen – boarden in modern Nederlands – en iets voor half zes vliegen we richting Chios. In het vliegtuig proberen we nog wat te slapen maar de voortdurende mededelingen van de purser – ook al zo’n mooi Nederlands woord – maken dat bijna onmogelijk. Het is half tien – plaatselijke tijd – als we na bijna drie uur vliegen op Chios op onze bagage wachten. Een vriendelijke Limburger wacht ons op en zal ons begeleiden naar ons verblijf. We stappen in de bus en krijgen zo al een leuk voorproefje van Karfas, Chios-stad en Vrontados. Wij logeren in appartementenhotel Kyveli en worden als laatste afgeleverd. Tijdens de rit valt het op dat straten erg smal zijn, vol staan met auto’s en dat de bus er nauwelijks door kan. Ook het grote aantal verwaarloosde huizen is erg groot, mooie klassieke Griekse huizen die al jaren geen onderhoud hebben gehad. Jammer dat de Grieken hier hun cultuurgoed zo verwaarlozen. Ongeveer half elf nemen we intrek in ons appartement 63 op de eerste etage.

Wat een fraai uitzicht over baai bij Vrontados

Het is erg ruim, een grote eet- zitkamer met een keukenblok, een badkamer en een grote slaapkamer met ruime – maar wel wat harde - bedden. We gaan gelijk aan de koffie en daarna boodschappen in een mini-market op 5 minuten, een bakkertje op 6 minuten en een groenteboer op 7 minuten lopen. Met tassen vol komen we terug in ons ‘hutje’ voor een week. Mede dankzij de meegenomen levenmiddelen – wat zijn we toch typische Hollanders – hebben we een heerlijke lunch. ’s Middags gaan we wandelen en genieten van het mooie uitzicht over de zee – je ziet Turkije goed liggen met zijn hoge bergen – en over het eiland. Er is een klein haventje met kleurrijke vissersbootjes, heel pittoresk. We hebben ook nog even het gemeentelijke strandje bezocht maar ook hier was “verwaarloosd” het meest toepasselijke woord. ’s Avonds koken we zelf en eten heerlijk. De avondwandeling was kort – veel te gevaarlijk met al dat jakkerende verkeer.

3 mei, Chios-stad.

De Cathedraal in Chios-stad We staan lekker laat op en genieten van ons eerste ontbijt op Griekse bodem. We gaan vandaag naar Chios-stad met de bus. Zo rond elf uur vertrekken we en een kwartiertje laten zijn we ergens in Chios-stad. We slenteren wat door de winkelstraten, kopen een – hopelijk – lekker broodje bij de warme bakker en natuurlijk flink wat aanzichtkaarten. Al slenterend komen we ook voorbij de kathedraal van Chios-stad, een byzantijnse kathedraal. Hij is heel eenvoudig maar erg mooi van binnen, niet zo opzichtig als kerken in Italië, Oostenrijk of Frankrijk. Verder zijn er natuurlijk veel overeenkomsten zoals Joris met de draak en het onthoofde hoofd van Johannes de Doper. Een leuk ingericht restaurantje aan de haven We lopen nu naar de haven waar een aantal grote passagiersschepen afgemeerd liggen en één op het punt staat te vertrekken. Het is een interessant schouwspel. Met de sterke motoren is het schip zomaar op snelheid en in enkele minuten uit de haven verdwenen. We gaan een cafeetje in en bestellen een kop koffie. Heerlijk. Na een half uurtje gaan we weer op pad, eerst even langs de VVV, een plattegrond van de stad en een boekje met wandelroutes. We komen bij een groot park en het is tijd voor onze – bij de bakker gekochte lekkernij. Het gebak valt wel een beetje tegen. We vervolgen onze weg door de stad en doen wat boodschappen en zoeken naar de ingang van de oude ommuurde stad. We vinden de ingang na enig zoeken. In de oude stad zijn de straatjes nog smaller maar toch mogen er auto’s in. Ook hier veel verwaarloosde huizen. We gaan op zoek naar de bushalte en het blijkt dat nog een half uur moeten wachten. We kopen alvast kaartjes en worden lastig gevallen door een wel heel erg dikke bedelaar die met een briefje van vijf euro loopt te zwaaien, Money, Money roept ie alsof het een opdracht is. We blijven bij onze weigering.
Om drie uur vertrekt de bus naar Vrontados, ’s avonds koken we lekkere aardappelen met bloemkool en een echte gehaktbal, yoghurt toe. Het was een echt Grieks diner – nou ja, de wijn dan!

4 mei, Vrontados.

De visserhaven van Vrontados Het was een erg koude nacht, ondanks de extra deken die we gevraagd hadden. Het is nu jammer dat we twee éénpersoonsbedden hebben en geen lits-jumeaux. We hadden zelfs de luiken dicht gedaan en staan pas twintig over negen op. Na een lekker warme douche haalt Frans brood en na een lekker ontbijt doen we boodschappen in ‘onze’ mini-market . De zon verdwijnt langzaam achter donkere wolken en we verwachten elk moment regen. We zouden vandaag gaan wandelen maar dat stellen we maar even uit tot een andere dag. Emmie heeft al drie paracetamol op maar haar hoofdpijn gaat nog niet over. Ze gaat maar weer naar bed. Het is tegen half twee als we onze middaglunch gebruiken. Het is zo koud in ons ‘hutje’ dat we de kookplaat en de wasemkap aanzetten om een beetje warmte te krijgen. Dat lukt redelijk. Rond half drie verschijnt de zon weer en we besluiten wat te gaan wandelen. We proberen de weg te vinden die naar het startpunt van onze geplande wandeling voert. Maar dat valt nog niet mee. We zien zo echter wel veel meer van het stadje Vrontados. Om vijf uur zijn we terug bij ons hotel en trakteren onszelf op een ijsje. In het hotel vragen we of die witte dingen aan de muur ook als verwarming ingeschakeld kunnen worden. Nou dat kan en om half zeven wordt de afstandsbediening gebracht en voor het eerst voelen we warme lucht door ons ‘hutje’ blazen, een waar feest. We eten vandaag Grieks, d.w.z. macaroni met veel paprika’s en gehakt; heerlijk; yoghurt toe.

5 mei, Excursie over het eiland Chios.

Dinsdag hebben we een excursie geboekt over het noordelijk deel van het eiland. Vandaag zal de reis plaatsvinden. De bus haalt ons om twintig over negen op . Er zitten al 16 personen in

Het klooster Nea Moni

de bus als we richting Chios-stad gaan, wij waren de laatsten die instapten. In Chios-stad heeft de bus veel last van slordig geparkeerde auto’s maar eenmaal buiten de stad gaat ’t prima, er is weinig verkeer. We gaan eerst naar Nea Moni – oftewel “het nieuwe klooster” – , het is zo’n 1000 jaar oud en behoeft grondige restauratie. Een groot aantal jongeren zijn bezig in het kerkje. Het klooster is gebouwd op een plaats – zo gaat het verhaal – waar drie monniken een icoon van Marie gevonden hadden. Ze kregen van de sultan 1000 gevangenen om te helpen het klooster te bouwen. De gevangenen mochten na gedane arbeid als vrij mens leven op het eiland en niet meer terug naar Turkije. De verborgen stad Anavatos Ze bouwden huizen maar door de vele berovingen door piraten en later door Turken verlieten ze de vlakte en bouwden een stad hoog in de bergen met stenen uit de berg zelf zodat het bijna niet te zien en te vinden was. Deze stad – Anavatos – is de tweede halte van onze reis. Het kerkje van Agia Markela Helaas is maar een beperkt deel van het stadje te bezien wegens restauratiewerkzaamheden van de UNESCO. Na een lekker kopje koffie gaat de reis verder naar Volissos en daarna verder naar het kerkje van de heilige Agia Markela (Agia betekent heilige). Het verhaal gaat dat Markela’s moeder bij de geboorte van Markela overleed. Ze groeide voorspoedig op en toen ze de huwbare leeftijd had zag haar vader wel wat in haar. Ze vluchtte naar het strand bij Limmos maar haar vader achtervolgde haar. Net op dat moment spleet de rots en Markela verdween in de grond. Haar vader pakte zijn zwaard en hakte haar hoofd af en gooide het in zee. En paar vissers uit Genua zagen een licht in zee, ze vonden Markela’s hoofd met een lichtkrans omgeven. Het hoofd wordt – zegt men – nog steeds bewaard in Genua. Na een bezoek aan het kerkje gaan we terug naar Limmos voor een heerlijke warme lunch. Daarna is even gelegenheid om te zwemmen. Limmos Beach Er was er maar één die durfde, met zo’n 16 graden prima zwemwater voor een minuut of vijf. Via Volissos gaan we nu naar Pityos. Helaas valt Pytios erg tegen en via Kardamyla gaan we terug naar Daskalopetra. ’s Avonds gaan we eten in de Tabepna (spreek uit als taverne) en ontmoeten daar twee dames die vandaag ook met de excursie mee waren. Het was erg gezellig.

6 mei, Rondreis over het zuidelijk deel van Chios.

Het strand van Karfas

We hebben een auto gehuurd voor twee dagen, om kwart voor negen wordt ie gebracht en om kwart over tien reizen we – na de koffie – af. Eerst naar Chios-stad en dan naar Karfas, één van de mest toeristische stranden van het eiland. Aan het zandstrand ontmoeten we een stel dat gisteren ook met de excursie was en een man die we eerder gezien hebben bij Nea Nomi. Kerk in Kalimasia We wandelen over het strand en terug, het waait er erg hard, dus geen kleedje leggen om te zonnen. Van Karfas gaan we naar Thimiana. Dit is een leuk maar klein stadje en twintig minuten later zijn we al weer op weg, nu naar Kalimasia. Wat er mis ging weten we niet maar we bevinden ons op de weg naar Tholopotami, dus rijden we nu maar richting Armolia. We genieten onderweg van een heerlijke pic-nic bij een oud kerkje met een vol kerkhof. In Armilia worden we bijna letterlijk een winkel met aardewerk en keramiek binnen getrokken, we moeten er niet alleen naar kijken maar het ook voelen. Uiteindelijk gaan we weg met drie cadeaus voor onze kinderen. We willen naar het strand van Lilikas. De huisjes met het zwarte pleisterwerk in PYrgi Dat lukt en we genieten van de zon en er is er één die gaat zwemmen. Na ruim een half uur gaan we de kustweg volgen en komen langs een toeristisch dorpje: Emporios. Toeristen zijn er niet – nou twee dan, wij… Pyrgi was ons aangeraden door twee gasten bij ons in het hotel. De smalle straatjes en poortjes in Mesta We zijn er vrij snel, het stadje is groter dan verwacht en de huizen zijn er opvallend bewerkt met zwarte specie en witte pleister. Het is mooi in z’n eenvoud, maar zoals zo vaak, overdaad schaadt. Na een ijsje gaan we via Olympia naar Mesta dat we bijna voorbij rijden. We keren om een parkeren de auto. Mesta, dat is echt genieten, een prachtig middeleeuws dorpje met heel smalle straatjes en poortjes. Het is prachtig gerestaureerd. Rond zes uur gaan we terug naar de auto en vervolgen de route die nu zulke fantastische uitzichten biedt over heuvels, bergen en zee. Het was een mooie dag. We eten Grieks, aardappelen, wortelen, een gehaktbal en yoghurt met jam toe. ’s Nachts slapen we erg slecht. De zeer harde bedden, de te korte bedden, de dunne dekens, de verschuivend lakens, de steenkoude voeten. We zetten de airco aan op 22 graden uit pure ellende, we maken de bedden opnieuw op, we dichten de kieren met kussens. Heel langzaam wordt het warmer en eindelijk vallen we in slaap.

7 mei, Rondreis over het noordelijk deel van Chios

Kerkje in Sukiada Het is al kwart over acht als ik denk dat het kwart over negen is. Snel onder de douche, aankleden, tafel dekken, ontbijten. Het is kwart over negen als we het ontbijt op hebben en ontdekken dat we een uur vroeger zijn dan gedacht. We pakken de spullen bij elkaar voor vandaag, nemen nog een kop koffie en reizen af voor de verkenning van het noordoostelijk deel van het eiland. De eerste stop is bij het kerkje van de heilige Isidoros – Agios Isidoros. Het kerkje ligt bijna in zee, op een rotspunt. Uitzicht over de baai bij Sukiada Er hangen twee zwemtrapjes klaar voor als je wilt zwemmen maar waarschijnlijk zijn ze bedoelt voor doop-plechtigheden. Daarna volgt het stadje Sukiada, we parkeren bij een school want de straatjes zijn erg smal en vol met auto’s. Helaas is het kerkje dicht en dus blijft het bij een rondwandeling. Het dorpje ligt aan de voet van de berg Agre Lopo die zo kaal is dat je denk op de maan te zijn. We gaan nu richting Kardamyla maar laten dat toch maar links liggen om direct door te reizen naar de haven van Kardamyla : Marmero. Hier merk je dat er op toeristen gerekend wordt. Er zijn een aantal luxe cafés. Na een wandeling en een lekkere kop koffie (van 3 euro) en een plaspauze gaan we naar het strand bij Nagos. We eten ons Griekse broodje op en er gaat er maar één zwemmen. Het zonnen gaat ons beter af maar we worden eerst rood. Om half drie reizen we verder naar Amades, een dorpje hoog in de bergen met een groots uitzicht over de zee. We besluiten dat het wel genoeg is voor vandaag en vatten de terugreis aan. We eten Griekse macaroni. Met de verwarming op 21 graden slapen we prima – maar omdat Emmie vindt dat het stinkt, gaan wel de balkondeuren ver open.

8 mei, Naar Chios-stad.

Een half uur te vroeg staat de man van AVIS letterlijk voor de deur om de auto op te halen. Dus zijn we extra vroeg. Na het ontbijt en de koffie wandelen we naar Chios-stad, zo’n 6 kilometer. De drie gerestaureerde molens bij Chios-stad De afstand is goed te doen; het weer wisselvallig; het verkeer is druk; het aantal bezienswaardigheden beperkt (in een notendop is dit ook de beschrijving van het verblijf in de stedelijke omgeving op het eiland Chios). In Chios-stad aangekomen bestellen we koffie en krijgen ijskoffie, wel apart maar wel lekker. We bezoeken de kathedraal in het centrum en Frans koop een paar nieuwe schoenen. We pinnen wat geld en lunchen in het parkje. Omdat alle musea vroeg dicht gaan nemen we de bus van drie uur terug naar ons hutje. s’Avonds eten we in de ‘tabepne’, chiros voor mij en gegrilde kip voor Emmie, Griekse salade vooraf en Bulgaarse Yoghurt toe. We kletsen nog gezellig met Bo en Ellie en lopen daarna weer naar ons hutje. Omdat we morgen al vroeg met de boot naar Lesbos moeten vraag ik bij de receptie – het door de reisleider toegezegde- ontbijtpakket. Maar omdat wij ’s morgens niet in het hotel ontbijten krijgen we dus ook geen ontbijtpakket. Logisch maar helaas zijn de winkels al dicht en dus vertrekken we zonder pakket en met een lege maag in het vooruitzicht. We pakken de koffers vast in – het is inmiddels half twaalf – en dan naar bed, want morgenvroeg staat de taxi om vier uur voor het hotel.

9 mei, Naar Lesbos.

Om drie uur gaat de wekker, we controleren alles nog een keer en gaan zonder ontbijt en zonder mijn nieuwe schoenen naar de straat. Nog net op tijd kom ik er achter dat ik mijn nieuwe schoenen ben vergeten, dus ren ik terug. Als ik weer bij de straat kom is alles al in de taxi ingeladen en vertrekken we. De chauffeur wil zeker weer naar bed, want hij racet door Zicht op Mytiliny op Lesbos de straten naar de haven. We zijn er zo snel dat we nog drie kwartier moeten wachten voordat de boot afmeert. Het is vijf uur als we afvaren. Op de boot slapen we nog wat in zo’n busstoel en het is acht uur als we afmeren in Mytiliny, de hoofdstad van Lesbos. We moeten met acht personen in een klein en gammel busje, waarin niet eens genoeg ruimt is voor de bagage – dus die moet op schoot. De chauffeur doet deze route vast voor het eerst want hij kan de weg niet vinden en zit voortdurend te bellen op een weg door de bergen vol met haarspeldbochten. Pas tegen elf uur zijn we bij hotel Alma in Petra. We checken in en krijgen een heel groot tweekamerappartement met een piepklein balkon dat we moeten delen met de buren, de vieze sokken hangen er al te luchten. Ik vraag om een alternatief, dat wordt een kleine studie maar wel met meer privacy en een ruim balkon op het westen – kunnen we de zon mooi zien ondergaan. We lopen naar het stadje Petra – uitgekozen vanwege onze dochters naam – en doen boodschappen. We lopen terug naar ons hotel en stellen vast dat hier alles twee keer zo duur is dan in ‘onze’ kleine winkeltjes op Chios. ’s Middags gaan we naar het strand, het is vijf minuten lopen en niet erg breed, we passen precies tussen de rotsen en het water. Na een half uurtje zonnen wil ik zwemmen maar het water wordt nergens dieper dan 30 centimeter. Het blijkt wel een ideale plaats voor zee-egels. Mijn voet glijdt weg en twee naalden prikken me. Eerst denk ik nog dat het een scherp steentje is geweest Zonsondergang nabij Anaxos maar nader onderzoek geeft uitsluitsel. Onze buurvrouw adviseert direct de naalden er uit te halen. Na wat peuteren en snijden in de voet lukt dat, wat jodium er op – goed dat we dat bij ons hadden – en dan maar hopen dat het niet gaat ontsteken. (moet je maar strandschoenen aan doen). Weer aan half uur later vinden we dat het tijd is voor thee maar door het hoge natrium en calcium gehalte is de thee echt niet lekker en dus moeten we flessen water kopen. Om vijf uur is er een ontvangstbijeenkomst met uitleg over de bezienswaardigheden, excursies en autohuur. We besluiten voor de zuidwest-eiland excursie te gaan. Helaas is die morgen al: doe toch maar.
We maken een lange avondwandeling naar Anaxos en weer terug langs het water. De zon gaat fantastisch mooi onder. Eenmaal weer in ons ‘hutje’ is er koffie en dankzij de airco (à raison van vijf euro per dag) hoeven we niet in de kou te zitten maar echt warm is het niet.

10 mei, Excursie over het eiland Lesbos.

Het klooster van de heilige Ignatius Acht uur, de wekker gaat, douchen, ontbijten en naar het vertrekpunt voot de excursie. De reisleidster is ene Sigrid die zo blijkt later een kleindochter is van Gerrit Vlas uit Workum, de overburen van Emmie’s ouders. Zo zie je maar weer, de wereld is klein. Eerst halen we nog een paar reisgenoten op uit de stad Skala Kallonis en dan begint ’t echt. De eerste stop is het klooster Limonos gesticht door de heilige Ignatius. Het is opvallend dat het klooster alleen door mannen bezocht mag worden. Het is een mooi maar eenvoudig klooster zo’n 500 jaar oud en er wonen nu nog maar 4 of 5 monniken. Het is wel groot, er zijn op het terrein meerdere kapelletjes, sommige uit 2004, waarom deze gebouwd zijn is niet duidelijk. De binnenplaatsen zijn bijzonder omdat ze vol vruchtbomen staan. De reis gaat verder naar het dorpje Filja waar we koffie drinken. We bestellen en krijgen echte Griekse koffie – die we in Nederland Turkse koffie noemen – zo’n klein kopje met veel drab onderin. Om twaalf uur gaat de reis verder nu naar het versteende bos. Natuurlijk is het geen bos maar het Een versteende boom zijn stammen van bomen die zo’n 15 à 20 miljoen jaar geleden onder een regen van vulkanische as bezweken zijn en door de inwerking van mineralen als ijzer, koper, magnesium en kwarts versteend en verkleurd zijn. Het park met de boomresten ligt 8 km van Sigri. Het is inderdaad Een fraai kerkje in Sigri indrukwekkend om te zien, het lijken nog echte bomen met wat verkleuringen hier en daar en als je ze aanraakt voelen ze werkelijk zo hard als steen. We maken een wandeling door ‘het bos’ en om half twee gaat de reis verder naar Sigri. In Sigri worden twee bussen leeg gekieperd en 44 hongerige mensen rennen het onvoorbereide stadje in. Eén restaurant sluit zelfs zijn deuren omdat het deze toeloop van mensen niet kan verwerken met de personele bezetting van het moment. Wij bestellen en krijgen een echte karbonade met frites en Griekse salade. We maken nog een rondwandeling door het stadje waar een aantal fraaie kerkjes te zien zijn. Het is hard gaan waaien, de zon is getemperd en het is kouder geworden, we gaan terug naar de bus, naar ons ‘hutje’. Thuis aangekomen doen we nog wat boodschappen in Anaxos en om half acht is er dan eindelijk koffie.

11 mei, naar Molivos.

Fraai gezicht op Molivos Vandaag willen we wandelen naar Molivos, het is een duizenden jaren oud stadje. In geschriften wordt het al genoemd 770 jaar voor Chr. Het stadje is mooi met z’n smalle straatjes en vele toeristische winkeltjes en restaurantjes. We beklimmen een heel erg smal paadje naar het kasteel maar hebben eigenlijk niet veel zin in een bezichtiging van veel oude stenen. Het is ook meer een fort dan een kasteel. Het havantje van Molivos In het Grieks heet het een Kastro en dat betekent ‘ommuurde stad’ Na wat omzwervingen vinden we in de haven een leuk klein restaurantje waar we heerlijke Griekse salade eten en heerlijke spaghetti met champignons en hamreepjes. Het is al drie uur als we terugreis aanvaarden. Na wat boodschappen in Petra zijn om vijf uur weer in ons ‘hutje’. Een broodje, een kopje koffie, een wijntje, lekker lezen – het boek is eindelijk uit (niet dat het geen goed boek was maar vakantie houden vergt veel tijd en die gaat af van je leestijd) en heerlijk slapen.

12 mei, Naar Abelia en Skoutaros.

Voor vandaag staat en een wandeling gepland langs de kust vanaf Petra maar Abelia en dan via Skoutaros weer terug. We gaan over de gewone weg eerst naar Anaxos, naar de bakker voor een paar lekkere broodjes. Dan stoppen we nog voor een lekkere kop koffie bij een strandpaviljoen. We nemen tijd voor een zonnebad aan het strand. Steeds komen er mensen voorbij die even later weer terugkomen. Ook wij doen na de broodjeslunch een poging om die Een luik van het restaurant bij Abelia route te nemen maar ondanks veel klimmen en klauteren over rotspunten en rotsblokken in het water stellen we vast dat het niet lukt. Dus ook wij keren terug om over de gewone weg naar Abelia te gaan. Na vele kilometers wandelen door prachtige natuur met soms rommelige dan weer zorgvuldig beheerde olijfgaarden bereiken we Abelia. Het weer is ondertussen ook veranderd en we horen in de bergen zelfs een flinke donderslag. Onderweg komen we een slang tegen van ruim een meter lang die waarschijnlijk in zijn slaap gestoord is door ons. Bij het enige café-restaurant op het strand bestellen we een bier en een jus d’orange. De uitbater Fraai aangelegde terassen met olijfbomen komt met de menukaart, eigenlijk hebben we nog geen trek maar ja….Dus bestellen we Griekse salade, met karbonade en biefburger, ruim voorzien van frites en brood wordt het gereserveerd. Het is zo veel dat we het niet op kunnen, vraagt de uitbater: is het niet lekker? Pffff wat een eten, hier kunnen we zeker twee dagen op verder. Dan vertelt de uitbater dat er een pad is naar Anaxos dat en veel korter is door prachtige natuur. Dus gaan we dat proberen. Maar ja, korter, dat zou wel kunnen maar een pad dat is erg overdreven, we lopen zo maar wat want een pad dat is er dus niet. Terug in Anaxos schijnt de zon weer heerlijk en gaan we lekker aan het strand liggen, er is er één die zwemt. Dan betrekt ook hier de lucht en gaan we na de boodschappen terug naar ons ‘hutje’.

13 mei, naar Molivos.

Uizicht vanaf de heuvel bij ons appartement Vandaag willen we over de bergen naar Molivos. We hebben van anderen gehoord dat er een route voer de bergen loopt en deze gaat ook langs het grote bergmeer/reservoir dat zelfs op Google Earth te zien is. Eerst doe ik nog even de weekend boodschappen in Anaxos maar kan niet krijgen wat ik hebben wil, dus de tweede winkel en de derde winkel geprobeerd. Helaas nergens wortelen en paprika’s te krijgen. Drie kwartier later ben ik terug en gaan we op pad. In Petra lopen we langs een winkel en daar liggen de gezochte wortelen Uitzicht over baai bij Petra en paprika’s wel, dus dat is dan ook weer klaar. We vinden de weg gemakkelijk en deze is goed begaanbaar. Plotseling ontmoeten we twee oude bekenden – Piet en Janny – van de PIZ cursus in Bergen. We kletsen even lekker bij – jammer dat er geen cafeetje in de buurt is. We nemen afscheid en gaan verder. Rond half één zijn we bij het reservoir en nemen tijd voor een pic-nic. We gaan langs Molivos – eergisteren al geweest – en vervolgen de route langs het strand. Als we langs een schooter verhuur lopen worden we plotseling aangesproken door een jonge man: Can I help you? Ik vraag : With what? Hij herhaalt zijn vraag, waarschijnlijk het enige Engels dat ie spreekt. Ik herhaal mijn vraag, hij kijkt hulpeloos en zegt: I don’t understand!. We wijzen naar onze wandelschoenen en gaan verder. Op het strand nemen we lekker veel tijd voor een zonnebad en er is er één die gaat zwemmen. Je kan merken dat het water warmer wordt. We wandelen terug naar Petra, doen nog wat inkopen en dan naar ons ‘hutje’. Na een heerlijke Griekse maaltijd met heerlijke Griekse Yoghurt toe gaan we wandelen naar de heuvel die achter ons hutje ligt. Het uitzicht is er fantastisch. We treffen daar een aantal zitgroepen aan – waarschijnlijk voor cursus doeleinden. Later zien we inderdaad groepjes Duitse Mädel daar naartoe lopen.

14 mei, Naar Anaxos en Petra.

De zee bij Anaxos ’s Morgens lopen we na het ontbijt en de koffie langs de kustlijn naar het strand van Anaxos. We leggen ons kleedje weer op hetzelfde plekje als twee dagen geleden. We liggen hier heerlijk in de luwte en de zon doet goed zijn werk en doet zijn naam: koperen ploert eer aan. Na 3 kwartier stappen we op, de zon staat nu op z’n hoogst en we lopen nu echt verbrandingsgevaar. Op de terugweg zien we een mooie vrouw in string met eveneens mooi achterwerk in zon liggen. Ze merkt waarschijnlijk niet – door het beetje wind – dat haar billen al zo rood zijn als een kreeft. Ofschoon het zondag is zijn alle winkels in Anaxos gewoon open dus kopen we nog wat levensmiddelen en water. Terug in ons hutje eten we de lekkere broodjes van de bakker en tegen twee uur gaan we weer op pad naar Petra. We kiezen voor de route door de weilanden en langs boomgaarden. Het dorpje Petra blijkt veel groter dan we gedacht hadden. Op weg naar het strand ontmoeten we Pieter en Janny opnieuw, ze genieten van een vers geperste jus d’orange op een terras en vertellen dat het hun laatste vakantiedag is, ze vliegen morgen terug. Na een gezellige babbel gaan we een plekje zoeken aan het strand. Niet dat het strand zo vol is maar juist zo leeg, dat maakt het zoeken zoveel lastiger. Het is half vijf als we de terugweg aanvangen. In Petra nog een biertje en een drankje op een terras en s’ avonds eten we lekker Grieks.

15 mei, Naar Petra.

De kerk van Petra op de rots Vandaag staat Petra en het kerkje aldaar op het programma. We lopen langs het strand en twintig minuten later zijn we er. Tijd voor een kopje koffie bij een authentiek Grieks restaurantje. Het is puur genieten in zo’n pittoresk straatje met allemaal piepkleine winkeltjes en kleine huisjes. Een leuk straatje in Petra We lopen menig winkeltje in en weer uit en gaan op zoek naar de opgang naar het kerkje. Het kerkje zie je al van heel veraf, het staat boven op een rotspunt 30 meter hoog boven het dorpje. Het is de beroemde Panagia Glykofilousa kerk (kerk van de Maagd-met-de-Zachte-Zoen), waarom deze kerk zo heet kunnen we niet ontdekken. Vanaf de rots heb je een prachtig uitzicht over de zee, en het noordelijk deel van het eiland. Ook het kerkje is prachtig en rijk versierd. Na een bezoek moet je wel weer de 114 treden af, wat moeilijker is dan omhoog. We nemen ruim de tijd om het dorpje verder te bekijken, het is toch onze laatste dag. De laatste dag van een heerlijke vakantie wanneer het om rust en natuur gaat. Het had toch echt wel wat warmer mogen zijn, want ook volgens de Grieken was het erg koud voor de tijd van het jaar.

Uitzicht vanaf de rots in Petra

16 mei, Weer naar Huis in Nederland.

Het was een goede thuisreis en we herinneren ons nog regelmatig deze mooie vakantie. We kunnen het iedereen aanraden de twee toch niet zo heel bekende eilanden te bezoeken. Het is wel zinvol om niet in de stedelijke gebieden te gaan zitten, want de Grieken zijn echte racers in het verkeer wat ook blijkt uit de vele deuken in hun auto’s.


Terug naar reisoverzicht


Terug naar Gerritsma-site